leerstrategieën + communicatiestrategieën voor spreken, luisteren, schrijven en lezen;
basis taalhandelingen: informatie uitwisselen (een mededeling doen, om een inlichting vragen, bezit uitdrukken), gevoelens en attitudes uitdrukken (tevredenheid, …), bereidheid, iemand verzoeken iets te doen, om herhaling of om hulp vragen en sociaal functioneren (groeten, aanspreken, iemand voorstellen, afscheid nemen, bedanken);
de woordenschat betreft de basisgegevens omtrent eigen persoon en beperkte niet- persoonlijke informatie noodzakelijk voor dagdagelijks functioneren in contexten zoals personalia (naam, adres, telefoonnummer, etc.), beroep, interesses, de verschillende maaltijden, eten en drinken, uitnodiging, afspraak, reservatie, boodschappen, kleding en mode, tijdsindeling, planning en intenties, aspecten van land en volk (feesten ...), woonomgeving, dagelijkse activiteiten, etc.;
de meest elementaire basisstructuren en zinspatronen worden gereproduceerd in een gememoriseerd repertoire: bv. verleden, enkelvoud en meervoud, etc. De basisstructuren worden ook gebruikt om ten dele eigen zinnen te maken;
basis bindmiddelen (bv. verwijswoorden) en basis connectoren (zoals ‘en’ en ‘dan’) tussen losse woorden en zinsneden;
basiskenmerken van articulatie en intonatie;
neutraal register: aanspreekvorm(en) en de basisformules voor beleefde sociale omgang in de meest courante dagdagelijkse contexten met zowel de bekende als de onbekende gesprekspartner;
socio-culturele aspecten van de taal zoals omgangsrituelen, de keuze van bepaalde aanspreeksvormen; houdingen en waarden in de andere cultuur; non-verbale communicatie; inzicht in het taalsysteem;
ontwikkeling van attitudes zoals spreekdurf, weerbaarheid.
Register for our newsletter
Registration failed
Registration succesful
Already on the list
We use cookies to optimize the user-friendliness of our website and services. However, we do need your permission to place some cookies.